Wat nou hof van Eden!

IMG_0105

Een tussendoortje.

Ze bestaan. Mensen die voldoening halen uit tuinieren. Die daar gelukkig van worden. Die lekker in hun eigen wereldje wroeten en na een uurtje of wat trots naar hun Hofje van Eden kijken. Genoegzaam, tevreden.

Ik hoor niet tot deze groep. Ik haat tuinieren. Oprecht. Ik haal er nul voldoening uit. Ik ben van de ‘hey zoek het lekker zelf uit natuur, je doet het al heel lang en met veel succes’. Neem bijvoorbeeld het Amazonegebied. Wat een fantastische zuurstofverschoner is dat! Staaltje biologische innovatie van heb ik jou daar. En – heel belangrijk – daar kwam geen mens aan te pas.

Gaat de mens zich met de tuin van moeder aarde bemoeien dan gaat het mis. Geheid. Ik noem ontbossing. Ik noem erosie. Want wij willen graag tuinmeubelen van tropisch hardhout voor in onze geplaveide tuintjes.

Dus. Wie ben ik om dat allemaal in andere banen te leiden? Tuinieren is een nogal arrogante menselijke houding ten opzichte van de natuur als je het mij vraagt. Ja hoor, hij weet het weer eens beter. Dat dus.

Als ik eerlijk ben heb ik het ook niet altijd goed met de natuur voor gehad. De voortuin van mijn vorige huis bestond uit worteldoek met daarop maaskeien. Nul groen. Dat wordt niet meer geaccepteerd. Slecht voor de afwatering. Dan neemt de natuur wraak. Die zomerse hoosbui eindigt 50 centimeter hoog in je woonkamer. Eigen schuld of die van je buurman.

Tuinieren dus. Maar alleen als het echt moet.

Zoals nu. Ik heb duidelijk de lente in de kop. Nog steeds. Het mos staat op de vloer van onze tuin. Zo’n groenige waas die glad wordt in de regen. Daar moeten we iets aan doen. Of ja, moeten, moeten. Dan is er nog dat gekke boompje in onze tuin die het hele jaar door bladeren verliest. Ook zoiets. Welke boom heeft het hele jaar door herfst?

Die bladeren veeg ik op een hoop. Terwijl ik dat doe prikt een tak van de boom wiens eigen afvallige rotzooi ik bij mekaar veegt in mijn rug.
Knak, weg tak.
Eigen schuld.

Dan de bladeren die ik uit de hoekjes moet peuteren. Ik kan helemaal niet vooroverhangen, dan lopen mijn sinussen vol met snot. En met de bezem krijg ik ze er niet uit. En mijn onderrug is belachelijk stijf. Gevolg: pijn. Dan nog een tip aan mezelf: gebruik werkhandschoenen! Ik word namelijk gestoken door een of ander snertinsect. Omdat ik zijn knusse huisje op een hoop veegde bij de rest van zijn dorp.

Zal je zien dat ik puur uit wraak als eerste Noord-Europeaan gestoken ben door een onlangs door de klimaatwijziging aangevlogen zuid-Europese horzel en ik daarom een deel van mijn hand moet laten amputeren. In het ergste geval mijn hele arm.

Enfin. Klote tuinieren dus. Wilde ik even kwijt.